|
De Borggraaf, gezien vanuit het
oosten. |
De Borggraaf is een omgracht edelmanshuis, met een binnenplaatsje en bijgebouwen. Het staat in Lottum (Limburg).
Over dit huis is weinig bekend, omdat het huisarchief tijdens de tweede wereldoorlog voor een groot deel verloren is gegaan. De oudst bewaard gebleven geschriften over de Borggraaf zijn uit het jaar 1501.
Hoewel er in de 14de eeuw al heren van Lottum bestonden, is het niet duidelijk wanneer het kasteel gesticht is. De Borggraaf stamt in ieder geval van vóór 1481. De naam “Borggraaf” duidt ook op het oorspronkelijke bestaan van een omgrachte borg (burcht, kasteel) op deze plek.
Het huidige huis is pas in de loop van de 16de eeuw gebouwd. Het is gebouwd in een vierkant, boven een oude kelderruimte die vermoedelijk uit de 15de eeuw dateert.
Het poortgebouw en
de buitenmuur |
In 1481 was de Borggraaf in het bezit van Zeger van Meerwijck. Hij was getrouwd met Agnes van Broekhuizen, een afstammeling van een aanzienlijk geslacht uit de Gelderse adel - de heren van Broekhuizen - die al in de 13de eeuw worden genoemd.
In 1501 werd Zeger van Meerwijck opgevolgd door zijn zoon Peter. Peter stierf in 1558, waarmee het geslacht Van Meerwijck in mannelijke lijn uitstierf.
De Borggraaf kwam toen aan de familie Van Broekhuizen van Ooijen (een andere tak dan de familie waaruit de moeder van Peter stamde), en kwam zo in handen van Marten II van Broekhuizen (†1565). Omdat Martens zoon Herman van Broekhuizen (†1601) getrouwd was met de erfdochter van het nabijgelegen kasteel Ooijen, kreeg de familie Van Broekhuizen naast de Borggraaf ook nog kasteel Ooijen en de bijbehorende heerlijkheid in handen.
Ergens rond 1571 kwam de Borggraaf aan Hermans broer Jacob van Broekhuizen. Uit die tijd is bekend dat het bezit van de Borggraaf recht gaf op zitting in de Staten van het Overkwartier (het kwartier van Roermond in het hertogdom Gelre). Ook is bekend dat een boerderij genaamd “hoff tot Ooijenn” toen leenroerig was aan de Borggraaf. Maar veel meer weten we jammer genoeg niet.
Toen Jacob van Broekhuizen rond 1591 overleed, kwam de Borggraaf aan zijn zoon Johan. Na de dood van Johan (rond 1618) had zijn vrouw zoveel schulden dat ze besloot de Borggraaf aan haar neef Hendrik van Aerdt te verkopen.
In 1626 werd een verkoopakte opgesteld, maar de verkoop werd verijdeld. Geertruid Alexandrina van Broekhuizen (†1673), een nicht van Jacob, was na haar huwelijk op zoek naar een geschikte woning en beriep zich op een oud Gelders recht (recht van 'beschudden') om de verkoop van het oude familiebezit de Borggraaf te voorkomen. Dit lukte haar en zij en haar man namen de Borggraaf over.
Ondertussen kwamen de broers van Geertruid Alexandrina te overlijden. Als enige erfgename van haar broers werd Geertruid Alexandrina in 1632 beleend met het kasteel en de heerlijkheid Ooijen. Hierdoor mochten Geertruid Alexandrina en haar man opeens kiezen tussen twee kastelen: de Borggraaf en Ooijen. Zij kozen voor Ooijen.
In 1633 werd de Borggraaf alsnog verkocht aan Hendrik van Aerdt. Toen deze in 1657 overleed, kwam de Borggraaf aan zijn zoon Frans Werner van Aerdt (†1694).
Over Frans Werner van Aerdt is een bijzonder verhaal
bekend; het gebeurde in januari 1660:
Op een dag dat Frans
een aantal konijnen vanuit zijn eigen jachtgebied achtervolgde,
kwam hij uiteindelijk terecht op het jachtterrein van baron Van
Wijlich. Daar raakte Frans verwikkeld in een scheld- en
vechtpartij met ene Borchardus Kiespenninck. Dit escaleerde
zozeer dat Borchardus zijn geweer trok om Frans neer te
schieten. Frans wist dit te voorkomen, maar verwondde Borchardus
aan zijn borst, waarop deze overleed.
Hierop volgde een
proces. Omdat ooggetuigen bevestigden dat Frans uit noodweer had
gehandeld, werd hij vrijgesproken.
In 1755 kocht de familie van Aerdt de heerlijke rechten van het dorp Lottum. Hierdoor kreeg de familie aanzienlijke rechten op het gebied van de rechtspraak; daarnaast kregen de Van Aerdts een veel groter jachtgebied! Vanaf die tijd gingen de eigenaren van het kasteel zich 'Baron en Baronesse van Lottum' noemen.
Sindsdien is de Borggraaf door vererving of verkoop nog een paar keer van eigenaar veranderd.
De Borggraaf is in 1926 gerestaureerd. Het is pas toen dat de noordelijke toren van de Borggraaf werd gebouwd.
Het huis is niet toegankelijk voor het publiek, maar het landgoed is wel opengesteld.
Foto hierboven: het hoofdgebouw. De oostelijke gevel (rechts) stamt uit 1555.
Kasteel De Borggraaf De Borggraaf 1 Lottum |
Tekst: Mathieu Fannee
Met dank aan de 'Oudheidkamer Horst' die een aantal van mijn vragen over de Borggraaf heeft beantwoord.
Geraadpleegde literatuur:
Flokstra, M. & J.G.N. Renaud (1992). De Borggraaf te Lottum. Nieuwe reeks deel 25 uit de serie 'Nederlandse Kastelen', Nederlandse Kastelenstichting;
Hupperetz, W. & B. Olde Meierink & R. Rommes (red.) (2005). Kastelen in Limburg. Burchten en landhuizen (1000-1800). Stichting Limburgse Kastelen, Uitgeverij Matrijs, Utrecht, p.127-130;
Kalkwiek, K.A. & A.I.J.M. Schellart (red.) (1980). Atlas van de Nederlandse kastelen, A.W.Sijthoff's Uitgeversmaatschappij b.v., Alphen a/d Rijn, p.237;
Tromp, H. & T. Henry-Buitenhuis (red.) (1991). Historische buitenplaatsen in particulier bezit, Het Spectrum, Utrecht, p.229;
http://www.absofacts.com/kastelen/data/borggraaflottum.shtml;
http://www.kasteleninlimburg.nl/images/borggraaf.html;
http://www.restauratiekasteelooijen.nl/bewonerhis.htm;
http://www.limburgslandschap.nl/;
http://oud.refdag.nl/toer/010303toer15.html;
http://www.rijksarchieflimburg.nl/inveta/01032.html;
Illustraties:
(foto van het kasteel gezien
vanuit het oosten)
Peter van der Wielen/collectie NKS,
gevonden op http://www.kasteleninlimburg.nl;
(andere
foto's)
Mathieu Fannee;